Boom voor de kleine tuin
Zelfs in een kleine tuin is een boom echt een aanwinst. Schaduw van een boom is op een hete zomerdag veel koeler dan schaduw van bijvoorbeeld een parasol. Dit komt doordat de boom water verdampt en daardoor de lucht extra afkoelt.
Daarnaast heeft een boom nog meer voordelen. Hij dempt omgevingsgeluid en de wortels vangen meer water op bij heftige regenval dan een kleine plant.
Bovendien zorgt een boom voor veel leven in de tuin. Heel veel insecten, vogels en andere dieren zijn afhankelijk van bomen. Door een boom te planten creëer je bovendien een andere biotoop, wat weer heel nuttig is voor de variatie in planten, schuilplaatsen en andere behoeften van dieren.
Een groene tuin heeft een positief effect op je gezondheid en je woningwaarde. Met een boom is je tuin direct veel groener. Een boom verbetert het bodemleven en haalt CO2 uit de lucht. Kortom, jouw tuin voelt niet alleen gezonder met een boom, maar wordt dat ook echt.
Ideale boom voor een kleine tuin
Er is één groot nadeel aan een boom in een kleine tuin: een boom kán groot worden. Er zijn woudreuzen die groter kunnen worden dan je huis.
Je kunt dit voorkomen door op het volgende te letten:
- kies een boom die van nature klein blijft, zo hoef je minder te snoeien en gekunsteld de boom klein te houden (wat je uiteindelijk niet lukt, of je krijgt een vreemd model);
- kleinblijvende bomen zijn vaak soorten die trager groeien. Wil je snel effect? Kies dan liever een groter (ouder) exemplaar van een kleinblijvende soort. Dit is duurder, maar zo heb je meteen al body en kom je niet over een paar jaar in de problemen;
- let op de snoeibaarheid. Daarmee bedoel ik of hij snoei goed kan verdragen, of dat hij er veel last van heeft. Online kun je vinden of een boom goed tegen snoeien kan. Bijvoorbeeld de Veldesdoorn (Acer campestre) wordt ook gebruikt voor heggen. Als boom kan hij groot worden, maar je kunt hem met snoei goed klein houden;
- kies een boom met pluspunten als je slechts ruimte hebt voor één boom. Denk aan winterbloei, herfstkleur, mooie bessen die de vogels lusten, en bloesem in het voorjaar. Liefst kies je een boom die meerdere van deze kwaliteiten heeft. Hieronder zie je enkele voorbeelden;
- zet liefst niet twee dezelfde bomen naast elkaar. Die symmetrie lijkt mooi, maar bomen groeien nooit exact hetzelfde. De één krijgt meer zon, de ander heeft een tikje betere grond. Voor je het weet ziet het er niet uit. Accepteer de natuur en geniet hier juist van. Dit is je kans om twee totaal verschillende bomen te plaatsen. Mocht er ooit één van de twee doodgaan, dan heb je direct meer keuze bij een nieuwe boom, hij hoeft immers niet hetzelfde te zijn;
- Controleer of de boom op jouw grondsoort wil groeien. Klei en veen zijn soms te nat voor bepaalde bomen, maar ook de zuurtegraad maakt uit. Zo zijn er soorten die wel op zure zandgrond en veen groeien, maar op klei snel doodgaan. Weet je niet welke grondsoort je hebt? Doe onderzoek, vraag aan de buren of kijk online op de bodemkaart Nederland.
Struik of boom?
Een kleine boom kan ook een grote struik zijn, of andersom. Mensen houden van regeltjes, maar de natuur gaat gewoon zijn gang. Ons klassieke beeld van een boom is één opgaande stam met een kroon, maar dat hoeft natuurlijk helemaal niet zo te zijn. En de kroon in een strak bolvormpje knippen doet alleen de mens, de natuur zou zelf veel grilliger (en mooier) groeien. Kies een wat losser model en laat de natuur zijn gang gaan, zo heb je er zelf ook minder werk aan.
Meerstammige bomen
Meerstammige bomen zijn ontzettend in de mode. Houd er wel rekening mee dat een meerstammige boom op den duur steeds breder wordt.
Met een meerstammige boom kun je alle kanten op, er is zoveel meer keuze dan de meerstammige krentenboom (Amelanchier). Deze is veel aangeplant door zijn prachtige bloesem en herfstkleur, maar die heeft iedereen al.
Leuke alternatieven voor de krentenboom zijn Judasboom (Cercis), de inheemse gele kornoelje (Cornus mas), die in de winter bloeit of de Kaukasische schijniep (Zelkova carpinifolia) met prachtig blad. Ook bestaat een groenblijvende den (Pinus sylvestris ‘Watereri’) als meerstammige boom. Berken zijn van nature niet meerstammig. In feite plaatst de kweker dus meerdere berken pal naast elkaar.
Welke bomen vermijden in een kleine tuin
Berken en populieren groeien erg snel en worden groot, dus zijn niet handig in een kleine tuin. De dakplataan wordt veel toegepast in kleine tuinen, maar dit is in feite een plataan die in een dakvorm geleid is. Je moet dus ontzettend veel snoeien om hem klein te houden. Ook de moerbei (Morus alba bijvoorbeeld) wordt veel gebruikt, maar groeit veel te hard.
Voorbeeldbomen voor de kleine tuin
Hierna volgen een paar kleinblijvende bomen met pluspunten in één of meerdere seizoenen.
Inheemse bomen
Inheemse bomen komen van oorsprong uit Nederland. Dat betekent dat ze sterk zijn en veel te bieden hebben aan allerlei inecten, vogels en andere dieren. Leuke inheemse kleine bomen zijn bijvoorbeeld:
- gele kornoelje (Cornus mas), bloemen in de winter en daarna eetbare vruchten;
- sporkehout (Frangula alnus, heette vroeger Rhamnus frangula), geweldig voor bijen door hele lange bloeitijd, daarna bessen;
- gewone hazelaar (Corylus avellana) met bloei vanaf januari en later hazelnoten;
- gewone lijsterbes (Sorubus aucuparia), bloesem in voorjaar en daarna bessen;
- grove den (Pinus sylvestris, wintergroen. Neem wel de ‘Watereri’ of een andere traaggroeiende cultivar, want anders wordt hij te groot);
- wilde appel (Malus sylvestris), met bloesem in het voorjaar;
- zwarte els (Alnus glutinosa), eigenlijk een struik, dus kies een grotere variant, prachtige katjes in de winter;
- Spaanse aak/veldesdoorn (Acer campestre) met prachtig blad;
- éénstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) met bloesem in de lente en daarna bessen;
- kardinaalsmuts/kardinaalshoed (Euonymus europaeus) met prachtige herfstkleur.
Winterboom
Wist je dat er bomen bestaan die in de winter bloeien? Een toverhazelaar (Hamamelis) en Perzische ijzerhout (Parrotia persica) groeien langzaam. Er is een sierkers (Prunus ×subhirtella ‘Autumnalis’) die de hele winter door bloeit. De Papieresdoorn (Acer grysium) is kaal in de winter, maar heeft een prachtige bast. De sierappel (zoals Malus ‘Red Sentinel’) heeft in de winter appeltjes. In een strenge winter eten de vogels ze graag.
Herfstkleur
Bomen die van nature uit Europa komen, hebben meestal een minder sterke herfstkleur. Daarvoor moet je vaak naar een ander continent kijken. Toch kan een kardinaalsmuts (Euonymus europaeus) heel mooi zijn in de herfst. Wil je nog een fellere tint, kies dan de Euonymus ‘Alatus’. De kardinaalsmuts wordt vaak verkocht als kleine struik, dus ga op zoek naar een grotere maat al je een boom-idee zoekt.
Andere mooie herfstbomen zijn de zwarte tupeloboom (Nyssa sylvatica) en de pruikenboom (bv. Cotinus coggygria of obovatus). Ook een sierpeer (zoals Pyrus Salicifolia ‘Pendula’) kan mooi zijn in de herfst.
Bloesem in de lente
Er zijn veel compacte bomen met bloemen in de lente. Zo zijn er ontzettend veel sierkersen (prunussen), zoals de vroegbloeiende Prunus ‘Kursar’, In de kornoeljefamilie zitten een paar prachtige bomen, zoals Cornus florida en kousa. De lijsterbes (Sorbus) bloeit in het voorjaar en krijgt daarna bessen.
De meidoorn (Crataegus) heeft mooie bloemen en daarna bessen. Wel heeft deze boom scherpe doorns. Heel bekend is de tweestijlige rode meidoorn (Crataegus laevigata ‘Paul’s Scarlet’), maar de ‘gewone’ Crataegus laevigata is veel waardevoller voor de natuur en bijna uitgestorven in Nederland. Beter verkrijgbaar is de éénstijlige meidoorn (Crataegus monogyna).
Er zijn nog véél meer mogelijkheden in een kleine tuin. Kom je er niet uit? Ik help je graag, kijk hier voor de mogelijkheden.